Terugblik: 10 jaar iPhone
Apple-oprichter Steve Jobs presenteerde de iPhone op 9 januari 2007. Tien jaar later blikken we terug op een decennium iPhone.
Test je iPhone-kennis: speel onze quiz over 10 jaar iPhone.
Het is waarschijnlijk de beste presentatie die Apple-oprichter en showmaster Steve Jobs ooit heeft gegeven; de introductie van de iPhone. Apple was tien jaar geleden nog niet het gigantische bedrijf waar het door de iPhone tot uitgroeide, maar ook toen al waren de presentaties gelikt en met een spanningsopbouw waar je U tegen zegt.
Geruchten dat Apple aan een eigen telefoon werkte gingen al jaren: in 2002 was er al sprake van wat al snel als de iPhone bekend kwam te staan. Tijdens zijn presentatie deelde Jobs wat feitjes over Apple en liet het publiek na iets meer dan 20 minuten zwijgen toen hij aan een plechtig relaas begon.
“Dit is een dag waar ik al tweeënhalf jaar naar uitkijk”, zei Jobs. “Zo nu en dan komt er een revolutionair product voorbij dat alles verandert. Je hebt al geluk als je in je carrière aan één zo’n ding kan werken. Apple heeft het geluk dat het er een paar heeft geïntroduceerd.” Jobs noemt de Macintosh en de iPod, en zegt vervolgens dat Apple drie van zulke revolutionaire producten gaat introduceren: een widescreen iPod met touch-bediening, een revolutionaire mobiele telefoon en een internet-communicator.
Het ging maar net goed
Hij herhaalt het een paar keer en zegt: “Begrijpen jullie het? Dit zijn niet drie verschillende apparaten. Dit is één apparaat, en we noemen het iPhone.” Het publiek gaat los, en Jobs demonstreert alle functies van de telefoon. Vlekkeloos laat hij zien hoe het apparaat werkt, iets dat achter de schermen veel moeite kostte en maar nét goed ging.
De iPhone was namelijk eigenlijk nog helemaal niet klaar, en bovendien waren de modellen op het podium aangepast met extra printplaatjes en kabels. Om de zwakke wifi te verbeteren en om de beelden van de iPhone op het grote scherm te krijgen; Jobs nam geen genoegen met alleen een camera die een iPhone en zijn hand filmde.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="f590af0e-fde0-4cfc-9413-4ee8e9afd775"></drupal-entity>
Bovendien konden de demo-modellen nog niet goed met hun geheugen omgaan. Na het openen van een paar apps liep het geheugen vol, daarom lagen er een paar modellen waar Jobs tussen wisselde. Apple-technici waren vooral bezorgd om de grote finale, waarbij Jobs alle functies tegelijkertijd gebruikte. Een enorme gok, maar de iPhone was destijds het enige opzienbarende product waar Apple aan werkte.
Dit moest goed gaan, en dat ging het ook. In een paar minuten tijd ontketende Jobs een revolutie. Want dat mag je de iPhone met recht noemen. Het apparaat verscheen een half jaar later in de VS, op 29 juni. Mensen maakten speciaal reisjes naar de VS om er eentje te bemachtigen, en daarna moest je het toestel ook nog ontsluiten voor Nederlandse mobiele netwerken.
iPhone als voorloper
Op 11 juli 2008 verscheen het volgende toestel, de iPhone 3G. De naam zegt het al: het eerste model met 3G en meteen ook de eerste iPhone die je ook in Nederland kon kopen, toen nog enkel bij T-Mobile. Een paar maanden later verscheen in oktober de HTC Dream, ook wel bekend als de T-Mobile G1: het eerste commerciële Android-toestel. Zonder de iPhone was het toestel er nooit gekomen: het Android-team werkte tot de onthulling van de iPhone nog aan een smartphone naar BlackBerry-ontwerp, met een fysiek toetsenbord.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="e55c18ae-c725-4f38-8181-a81a5121aff6"></drupal-entity>
Dan wordt het 2009, het jaar waarin Apple zijn tik-tak-schema introduceert. De iPhone 3GS komt uit met hetzelfde ontwerp als de 3G, maar snellere chips en een verbeterde camera. En ook: het knippen en plakken van tekst. Dat was op de voorgaande twee modellen nog niet mogelijk, nu haast niet voor te stellen. Eind 2009 heeft Apple sinds de introductie van de iPhone zo’n 42,5 miljoen exemplaren verkocht, ongeveer net zo veel als nu in een tegenvallende drie maanden tijd.
Apple is op dat punt gekomen omdat de verkopen van iPhones maar bleven toenemen. Zoals in 2010, toen de iPhone 4 verscheen. Het eerste toestel met een Retina-scherm; een scherm met een twee keer zo hoge resolutie als de vorige modellen, op hetzelfde formaat. Een verademing: kleine tekst is sindsdien een stuk beter leesbaar en de inhoud is gedetailleerder. Concurrenten hebben ondertussen schermen met een veel hogere resolutie dan iPhones, maar Apple nam als eerste de stap.
Meer drastisch veranderen
In 2011 verscheen het tweede S-model, de iPhone 4S. Met een iets gewijzigde antenne en opnieuw snellere chips en: Siri. De spraakassistent was toen nog een vrij unieke functie, inmiddels heeft elke smartphone er ééntje die minstens zo goed werkt als Siri. Overigens moesten Nederlandse gebruikers tot april 2015 wachten op een Nederlandstalige versie van Siri. In 2011 verkocht Apple 93,1 miljoen iPhones, meer dan een verdubbeling van de 47,5 miljoen een jaar eerder.
Voor het eerst in zes jaar tijd durft Apple in 2012 iets drastisch aan de iPhone te veranderen. De iPhone 5 heeft een groter scherm: 4 inch waar alle voorgaande modellen met met 3,5 inch deden. Het scherm groeide alleen in de hoogte, en kreeg daardoor de 16:9-verhouding waardoor de meeste filmpjes voor het eerst schermvullend waren.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="16bc8566-fd84-4f9f-bdb0-70a2c94867f7"></drupal-entity>
De iPhone 5 luidde ook een iets andere ontwerptaal in, één waarbij de behuizing bestaat uit één stuk aluminium, afgedekt door het scherm. Alle iPhones die volgden zijn op een vergelijkbare manier gemaakt, en het lukt de concurrentie nog steeds niet om dat ontwerp in detail en degelijkheid te evenaren, en zeker niet op de schaal waarop iPhones worden ontwikkeld: zo’n 1 miljoen per dag als de fabrieken op volle kracht draaien.
Hoe dat kan? Apple heeft door de jaren heen steeds meer draaibanken gekocht die de behuizingen van iPhones met hoge precisie maar in zeer korte tijd uit één stuk massief aluminium slijpen. Dat kost zo’n halve minuut per behuizing maar wie 1 miljoen iPhones per dag wil maken, moet alsnog veel van die machines hebben. Daarom heeft Apple er volgens geruchten zo’n veertigduizend, waarvan de helft iPhones maakt. De bedrijven Fanuc, Brother and DMG Mori hebben zelfs speciale productielijnen waar enkel draaibanken voor Apple worden gemaakt.
De meest vernieuwende iPhone
In 2013 kwam Apple met de iPhone 5S. Geen nieuw uiterlijk maar vergis je niet: de iPhone 5S bracht meer vernieuwing in één keer dan alle andere modellen. Zo was het de eerste smartphone met een 64-bit processor. Ook was de camera met een groter diafragma en tweekleurige flits fors beter dan voorgaande iPhones, en had de 5S een speciale co-processor om de bewegingen van de gebruiker te volgen.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="0364bd0c-f454-4a64-a64d-eefb403ee8e8"></drupal-entity>
En het belangrijkste: de iPhone 5S was de eerste met een vingerafdrukscanner. Een meesterlijke toevoeging die de vingerafdruk van de gebruiker scant via de thuisknop. Snel, simpel en veel veiliger dan een simpel te raden pincode die elke passant over je schouder kan meelezen. Inmiddels hebben alle high-end smartphones zo’n scanner op de voor-, achter-, of zijkant, maar geen enkele werkte direct zo moeiteloos als Touch ID.
Met de iPhone 5S werd ook iOS 7 geïntroduceerd, een omslag van een het zogenoemde ‘skeumorphic’ design met realistisch ogende elementen naar een strak uiterlijk met veel wit, transparante vlakken en strakke dunne letters. Voor het eerst stonden zowel het uiterlijk van de iPhone als iOS beide onder leiding van Apple-designhoofd Jony Ive. Opnieuw nemen de verkopen iets toe: 153 miljoen verkochte iPhones in 2013.
Ongeëvenaarde verkopen
De grote klapper komt echter het jaar erop, als Apple met de iPhone 6 en 6 Plus grotere schermen biedt waar concurrenten die trend al jaren hadden ingezet. De grotere iPhones met een plattere, afgeronde behuizing en betere camera’s verkochten gigantisch: Apple wist in 2014 192,7 miljoen iPhones te slijten. In 2015 ging het bedrijf daar met de iPhone 6S en 6S Plus nog eens overheen. Opnieuw werden de toestellen sneller, met betere camera’s en voor het eerst een drukgevoelig scherm, en uiteindelijk werden er een gigantische 231,5 miljoen iPhones verkocht.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="91897d28-342e-43c7-9e32-71cd08a9cd25"></drupal-entity>
Dat lijkt vooralsnog het record voor Apple, want het ziet er naar uit dat verkopen over 2016 zo tussen de 190 en 205 miljoen iPhones komen te liggen. Een logisch gevolg van een breuk met het tik-tak-schema: de iPhone 7 en 7 Plus hebben opnieuw hetzelfde uiterlijk als de 6 en 6S. De telefoons bieden wel opnieuw meer snelheid, betere camera’s – de iPhone 7 Plus zelfs twee –, een verbeterde trilmotor die functies voelbaarder maakt en een waterdichte behuizing. Maar het schrappen van de koptelefoon-ingang kan op kritiek rekenen, net als het drie jaar op rij gebruiken van dezelfde behuizing.
Apple als trendsetter
Verwacht wordt dat de iPhone van dit jaar meer vernieuwing brengt. Mogelijk schrapte Apple de koptelefoon nu alvast zodat het volgende toestel die kritiek niet meer krijgt. Op de iPhone 7 had zo’n aansluiting immers net zo min in de weg gezeten als op de 6 en 6S. Geruchten reppen over flinterdunne schermranden, VR-mogelijkheden, transparante schermen; we gaan het zien. Feit is wel dat we steeds meer de essentie naderen van hoe Jobs de iPhone tien jaar geleden al omschreef: “one giant screen”. De telefoon wordt steeds dunner, sneller en beter.
<drupal-entity data-embed-button="afbeelding" data-entity-embed-display="entity_reference:media_thumbnail" data-entity-embed-display-settings="{"image_style":"liggend","image_link":""}" data-entity-type="media" data-entity-uuid="b355d674-1765-40b6-a99a-120a932919ad"></drupal-entity>
Toch heeft Apple het in die tien jaar slim gespeeld. Geen enkele iPhone verschilt gigantisch van zijn voorganger, maar twee modellen waar drie jaar tussen zit zijn haast niet te vergelijken. En zijn toch allemaal onmiskenbaar iPhones. Scherpere, grotere schermen, snellere chips, steeds betere camera’s en slimme functies als de vingerafdrukscanner worden door Apple goed gedoseerd.
Daardoor voelt de iPhone elk jaar nieuw, maar ook altijd vertrouwd. Marktleider is Apple met de iPhone nooit geweest, trendsetter des te meer.