Nederland en 30 landen gaan samen ransomware aanpakken
Ruim 30 landen, waaronder Nederland, hebben afgesproken samen de strijd aan te gaan tegen ransomware, de software waarmee criminelen bestanden gijzelen waarna ze losgeld eisen.
De landen spreken zich in een verklaring uit voor internationale samenwerking, onder meer om te voorkomen dat criminelen hun 'losgeld' kunnen witwassen. Vertegenwoordigers van de ruim dertig landen hadden virtueel vergaderd op initiatief van de Verenigde Staten.
De grote afwezige was Rusland, dat niet was uitgenodigd. Dat land wordt gezien als een belangrijke uitvalsbasis voor cybercrimebendes.
Gevaar voor cruciale infrastructuur
Gijzelsoftware wordt in de slotverklaring omschreven als een gevaar voor cruciale infrastructuur, essentiële diensten en consumenten. Ransomware versleutelt bestanden op computers, waarna in digitale valuta losgeld betaald moet worden om weer toegang te krijgen. Landen wisselden op de top ervaringen uit over de impact die zo'n aanval kan hebben. Zo waren op meerdere plaatsen ziekenhuizen getroffen.
De landen vinden volgens de verklaring dat snel iets gedaan moet worden. Zo moet worden ingezet op een betere "cyberhygiëne", ook in het bedrijfsleven, om het cybercriminelen moeilijker te maken. Ook samenwerking tussen politiediensten om daders aan te pakken wordt gezien als een noodzakelijke stap.
Wel praten met Rusland
Voorkomen moet worden dat het winstgevend kan zijn om gijzelsoftware te verspreiden, vinden de landen. Die benadrukken dat naar "alle beschikbare middelen" gekeken zal worden bij de aanpak van cybercriminelen.
Hoewel Rusland niet was uitgenodigd, wordt met dat land wel gepraat over de problemen met ransomware. Dat gebeurt volgens Amerikaanse functionarissen via een ander kanaal.