Duurtest: Volkswagen Up White (week 1)
De Volkswagen Up is met een ware zegetocht begonnen. Hype of houdbaar?
Je ziet Volkswagens kleinste personenwagen opeens overal. Hij heet 'up!' en ja die kleine letters en dat uitroepteken horen erbij. Vanaf nu noem ik hem Up. Dan lijkt het niet alsof ik in een constante staat van euforie verkeer over de auto. Ik neem aan dat je me dat vergeeft.
We kregen van Volkswagen zo'n beetje de meest complete versie mee die je krijgen kunt. We beginnen met 8500 euro voor de auto zonder opties. Dan nemen we de duurste versie, de high up. We krijgen daarvoor lichtmetalen velgen, mistlampen, city emergency braking en nog wat speeltjes. De prijs is inmiddels elfduizend. Dan willen we leren stoelen (koopje voor 570), een panorama schuif-/kanteldak (705), drive pakket met cruise control en parkeerassistent (375) en dan hebben we nog het up! white pakket (1570). Daarvoor krijgen we airco, hele leuke retro 16" lichtmetaal, donker getinte ruiten achter en de Navigon maps+more. Een navigatiesysteem dat geïntegreerd is in de rest van de systemen van de auto. Je kunt er ook de toerenteller op tevoorschijn toveren, je telefoon of radio mee bedienen of je verbruik in de gaten houden. Een absolute must als je een Up bestelt! Neem je alle bovengenoemde opties en een rokerspakket (ieeeuw, viezerik!) dan zit je op 14.290 euro. Daar koop je ook een (heel erg kale) Polo voor.
De 1 liter driecilinder motor van 75 pk bewijst vooral dat Ford een meesterwerkje heeft geleverd met de 1.0 ecoboost motor die we in de Focus testten. De Up levert 50 pk minder bijna hetzelfde verbruik en maakt aanzienlijk meer herrie en trilt meer. Die 50 pk mis je niet heel erg, want de auto weegt slechts 840 kilo. Maar stel je voor wat een raketje het geweest was met dat Ford blok.
De Up doet je vragen stellen over wat 'retro' in 2012 eigenlijk betekent. De auto ziet er retro uit, zonder dat hij duidelijke verwijzingen geeft naar eerder VW-modellen. Het in kleur meegespoten dashboardpaneel doet denken aan de huidige Fiat 500. De velgen doen denken aan de Mercedessen van vroeger met in kleur meegespoten wieldoppen.
In dit segment is het één van de leukere auto's om te zien wat mij betreft. De Aygo, C1 en 107 zie je te veel. De Fiat 500 is toch even drieduizend euro duurder. Groot voordeel is ook dat twee achterdeuren extra slechts 315 euro extra kost.
Ik heb er nog te weinig in gereden om iets zinnigs te zeggen over de rijervaring, maar ik zou wel eens een heel aardige relatie met dit autootje kunnen krijgen. Volgende week meer!