© NASA

James Webb Grote Beer
Opvolger van Hubble

Ruimtetelescoop James Webb heeft eerste doel: de Grote Beer

31 januari 2022 om 09:47
Laatste update: 12 juli 2022 om 15:55

Hoewel het nog vijf maanden duurt voordat de James Webb de eerste beelden terugstuurt naar de aarde maakte NASA het eerste doelwit van de telescoop al bekend: een ster in de Grote Beer. De ster zal vooral worden gebruikt om de telescoop te kalibreren.

De ruimtetelescoop werd in december gelanceerd, waarna hij een reis van zo’n 1,5 miljoen kilometer moest ondergaan om op zijn uiteindelijke werkplek aan te komen. Vorige week kwam de James Webb uiteindelijk aan, maar nu moet er nog veel gebeuren voor de opvolger van Hubble aan de slag kan gaan. 

Zo moet een onderdeel van de telescoop eerst ongeveer een maand lang afkoelen tot een temperatuur van maar liefst 266 graden onder nul. Nadien moeten de instrumenten aan boord nog gekalibreerd worden en moeten de 18 zeshoekige spiegels nauwkeurig afgesteld worden.

NASA wil tijdens dat proces de ster HD 84406 in de Grote Beer bestuderen om de telescoop juist af te stellen. De ster zal voor het afstellen een belangrijk doel dienen, maar zal daarna niet verder bestudeerd worden.

Oorsprong universum

Zodra de James Webb helemaal operationeel is, zal HD 84406 te fel zijn om te kunnen observeren. De telescoop zal zich dan richten op het echte werk. Het doel is om meer te weten te komen over de oorsprong van het universum.

Het universum is zo’n 13,8 miljard jaar oud. Hoe verder we in het universum kijken met telescopen zoals Hubble en de James Webb, hoe verder we daardoor terug in de tijd kijken. Dat komt omdat het licht een eindige snelheid heeft. Hoe verder weg we dus kijken, hoe langer dat licht al naar ons onderweg is. 

De James Webb zal licht kunnen opvangen dat al zo lang onderweg is dat de golflengte van de lichtstralen uitgestrekt zijn tot het infrarode spectrum. Dat komt omdat het universum continu groter wordt, en de lichtstralen dus uitstrekken hoe langer deze onderweg zijn.

De Hubble maakte voornamelijk observaties in het visuele en ultraviolette spectrum, dat wil zeggen in licht dat nog niet uitgestrekt werd tot het infrarood. De James Webb daarentegen zal voornamelijk langere lichtgolven opvangen. Dat zorgt ervoor dat deze laatste veel verder terug in de tijd zal kunnen kijken dan zijn voorganger. De James Webb zal volgens NASA zelfs tot bijna aan de oerknal kunnen terugkijken, toen het universum nog maar honderd miljoen jaar oud was. 

Complexe handelingen al uitgevoerd

De James Webb zal pas binnen zo’n vijf maanden volledig afgesteld zijn. Pas dan kan hij beginnen aan zijn missie, die zo'n tien jaar zal duren. Desalniettemin is het moeilijkste deel van de lancering al achter de rug, namelijk het ontvouwen van het enorme zonneschild, dat even groot is als een tennisveld. Dat schild moet ervoor zorgen dat de James Webb afgeschermd wordt van de warmte die afgegeven wordt door de zon zodat de instrumenten aan boord gekoeld kunnen blijven.

De tijd die nodig was om het scherm en de rest van de telescoop te ontplooien werd door NASA zelfs de “veertien dagen van terreur” genoemd. Volgens NASA waren er maar liefst 344 kritieke momenten waarbij de missie kon mislopen. Als dat het geval was zou de telescoop, die 10 miljard dollar heeft gekost, niet kunnen worden hersteld door astronauten. 

NASA heeft al uitgestippeld wat de telescoop dit jaar allemaal zal observeren. Daarbij zal niet alleen gekeken worden naar het verre verleden, maar ook naar ons eigen zonnestelsel. Volgens Lee Feinberg, de manager van het optische element van Webb, zullen de komende maanden “geweldig” worden.

Kijk ook: wat hebben we aan de ruimtevaart?