Nvidia, ASML en Intel tussen twee vuren door chipoorlog tussen VS en China

Het wordt binnenkort moeilijker voor westerse bedrijven als Nvidia en Intel om AI-chips te exporteren naar China. Dat kondigde het Amerikaanse ministerie van Koophandel dinsdag aan. De beurs reageerde daar meteen op: de aandelenkoers van de twee bedrijven tuimelde met respectievelijk 5 en 2 procent omlaag.

De maatregel is de zoveelste escalatie in de Amerikaanse chipoorlog tegen China en is bedoeld om de maatregelen die vorig jaar werden aangekondigd, kracht bij te zetten. De VS voerden een jaar geleden exportcontroles in voor onder andere technologie om geavanceerde computerchips te produceren. Op die manier wil het land de technologische vooruitgang in China doen vertragen.

Deze keer wordt specifiek gedoeld op de bruisende AI-industrie. Dat zei de Amerikaanse secretaris van Koophandel Gina Raimondo tijdens een persconferentie. De maatregelen moeten China de toegang ontzeggen tot ‘geavanceerde halfgeleiders die kunnen zorgen voor doorbraken op het gebied van kunstmatige intelligentie en geavanceerde computers.’

ASML deelt in de klappen

Het Nederlandse ASML, een belangrijke leverancier voor machines die gebruikt worden bij de productie van chips en een van de grootste techbedrijven in Europa, zei dinsdag al dat de maatregelen een impact zullen hebben op de verkoop. De aandelenkoers van het bedrijf tuimelde na de aankondiging van het nieuws met twee procent omlaag, maar heeft intussen alle verliezen gerecupereerd.

Vanaf 1 januari 2024 gelden nieuwe exportbeperkingen voor het Veldhovense bedrijf. Dat werd deze zomer al beslist. ASML mag al een paar jaar zijn meest geavanceerde machines, de Extreme Ultraviolet lithografiemachines (EUV), niet meer exporteren naar China. Vanaf volgend jaar komen daar ook de beste Deep Ultravioletmachines (DUV) bij, die iets oudere technologie gebruiken, maar nog altijd zeer geavanceerd zijn. ASML mag volgend jaar wel nog oudere DUV-machines blijven verkopen.

Chiponafhankelijkheid

Tegelijkertijd willen de VS onafhankelijker worden op vlak van halfgeleiders. Het gros daarvan wordt momenteel vervaardigd in Taiwan en Zuid-Korea. Om daar verandering in te brengen, introduceerde de regering-Biden vorig jaar de CHIPS-act, een subsidiepakket van 52 miljard dollar om de binnenlandse chipproductie te stimuleren.

Ook in Europa werd dit jaar een akkoord bereikt over subsidies voor de chipindustrie. Er wordt daarvoor zo’n 43 miljard euro uitgetrokken. Er zullen nieuwe fabrieken komen in onder andere Duitsland en Frankrijk. Die zullen gebouwd worden door bedrijven als de Taiwanese chipgigant TSMC en de Amerikanen Intel en GlobalFoundries.