Analyse: Apple maakt AI meteen veel bruikbaarder dan elke concurrent
Apple was lange tijd stil wat AI betreft, maar presenteert nu een visie die mijlen voor ligt op de concurrentie. Logisch, toegankelijk en in elke app ingebouwd op een manier waarbij de gebruiker centraal staat.
Het lijkt soms wel alsof de hele tech-industrie naar Apple kijkt om te zien hoe een technologie op een aantrekkelijke manier toegepast kan worden. Apple is vaak niet de eerste, maar regelmatig wel de beste. Dat lijkt ook nu weer op te gaan, met kunstmatige intelligentie. Want waar concurrenten als Google en Microsoft al maanden de ene na de andere AI-update uitbrengen, laat Apple in één keer zien wat je er als gebruiker nou eigenlijk aan hebt.
Leuke voorbeeldjes: notificaties worden alleen doorgelaten als uit de context blijkt dat ze echt belangrijk zijn. Of het toetsenbord maakt plaats voor door AI gegeneerde reacties op een mailtje, op basis van bijvoorbeeld je beschikbaarheid. Of een simpele schets laten uitwerken tot een gedetailleerde afbeelding.
Eén opdracht vervangt minuten zoekwerk
Eén voorbeeld sprong eruit: je kan straks aan Siri vragen hoe laat het vliegtuig van je moeder landt, waar jullie daarna hebben afgesproken en hoe laat je dan moet vertrekken. Apple Intelligence kan al die informatie voor je zoeken in de verschillende apps die je daarvoor gebruikt hebt, zonder dat je dat zelf specifiek hoeft aan te geven. Dit werkt dus zonder dat je alles zelf netjes in je agenda hebt gezet, en zonder dat je handmatig verschillende apps hoeft te openen.
Zoiets kan een normale chatbot natuurlijk helemaal niet, want die kent de inhoud van je telefoon niet. Apple Intelligence en het nieuwe Siri kunnen die informatie wél vinden, omdat er een soort taalmodel wordt gebouwd van jouw specifieke informatie, op je eigen iPhone, iPad of Mac.
De 'semantische index' noemt Apple dat netwerk aan persoonlijke data. En die kan veel: een bepaalde foto tevoorschijn toveren, als je omschrijft wat je ongeveer of heel precies zoekt. Of zelfs een deel van een video die je hebt gemaakt: je zoekt een stukje waarop je op een trampoline springt, maar weet niet meer precies in welk filmpje dat zit – Apple Intelligence weet dat wel.
Datamodel op je iPhone
Veel vragen en opdrachten kunnen Apple-apparaten straks zelfstandig afhandelen, maar daar zit een limiet aan. Net als de concurrentie, moet ook Apple soms servers aanspreken. Dat gebeurt wel op een privacy-vriendelijke manier. Alleen relevante informatie wordt naar de servers gestuurd, zegt Apple. Die data is al verzameld door de AI op je apparaat zelf, en wordt door de server niet opgeslagen. Bovendien kunnen externe partijen de software op de server altijd onderzoeken en helemaal doorlichten, zodat iedereen zeker weet dat er geen enge dingen gebeuren.
Op die manier slaat Apple twee vliegen in één klap. Ten eerste is ineens duidelijk wat je nou helemaal aan AI hebt: het maakt het gebruik van je iPhone, iPad of Mac simpeler en makkelijker, op allerlei manieren – zonder jou te willen vervangen. En ten tweede: het gebeurt op een privacyvriendelijke manier. Bij veel andere AI is het onduidelijk wat er precies met jouw persoonlijke informatie gebeurt, omdat dat niet te achterhalen is. Dus ben je voorzichtig, waardoor het resultaat niet echt praktisch is.
Grote belofte om na te komen
Apple doet een hele grote belofte met Apple Intelligence. Als alles straks werkt zoals het bedrijf belooft, is Apple goed op weg om de AI-noot te kraken. Zeker als apps van derden straks ook gebruik kunnen maken van Apple Intelligence, zodat je kan vragen of een video-app jouw filmpje op een bepaalde manier wil monteren, en dan verplaatsen naar een andere app.
Maar dan moet het allemaal wel zo goed werken als Apple nu belooft. Dat zal in eerste instantie helaas wel alleen in het Engels zijn, simpelweg omdat er veel meer Engelstalig materiaal is om de AI mee te trainen. Apple belooft komend jaar meerdere talen toe te voegen, maar het is nog niet duidelijk welke talen dat zijn – en het zou ons niet verbazen als Nederlands niet bij dat eerste rijtje staat.
Evengoed maakt Apple Intelligence een betere eerste indruk dan de AI-toepassingen van OpenAI, Microsoft en Google. Die zijn technisch net zo indrukwekkend, maar zoeken naar een toepassing. Apple lijkt een paar stappen verder, door AI op een diepe maar vooral nuttige manier in zijn systemen onder te brengen.
En het slimste: de diensten van de concurrent krijgen ook gewoon een plekje in dat nieuwe Siri. ChatGPT 4o is de eerste, maar het is goed denkbaar dat ook Google Gemini en andere taalmodellen straks een plekje krijgen. Daarmee heb je het beste van twee werelden: de privacyvriendelijke, laagdrempelige aanpak van Apple voor het gros van de dingen, en de specialistische AI van allerlei andere bedrijven voor de rest.
Meer Apple en mis niets met onze Bright-app.