Intel krijgt 10 miljard subsidie voor Duitse chipfabriek
De Amerikaanse chipgigant Intel en de Duitse regering hebben vandaag een deal gesloten over subsidies ter waarde van 10 miljard euro. Dat geld gebruikt Intel voor de bouw van een nieuwe chipfabriek in de Duitse stad Maagdenburg. Een deel van het geld komt van de Europese Unie, dat voor chips minder afhankelijk van Aziatische landen en de VS wil worden.
De Duitse regering en Intel hebben vanmiddag een overeenkomst ondertekend over de subsidie. Eerst zou Intel 6,8 miljard aan subsidie krijgen, maar dat bedrag was volgens het Amerikaanse bedrijf te weinig. Het is nu verhoogd naar 10 miljard euro. Naast subsidie komt er volgens Bloomberg ook een prijsplafond voor energie voor de chipfabriek.
Een deel van de subsidiegeld wordt verstrekt onder de Europese Chips Act, die de Europese chipproductie moet stimuleren. De meeste chips worden momenteel geproduceerd in Aziatische landen, met name in Taiwan, Zuid-Korea en China. Door de spanningen tussen het Westen en China en de zorgen over de veiligheid van Taiwan wil de EU de komende jaren de eigen chipproductie fors vergroten.
Kosten hard gestegen
Intel kondigde de plannen voor de bouw van de chipfabriek in Maagdenburg in 2021 aan, maar stelde ze eind 2022 uit vanwege de hoge inflatie en de dalende vraag naar chips. De kosten voor onder meer energie, bouwmaterialen en arbeid vielen volgens het bedrijf veel hoger uit dan eerst gedacht. Intel verwacht dat het project in totaal ruim 30 miljard gaat kosten.
Volgens Intel zorgt de chipfabriek voor 3000 vaste banen en de bouw van het complex levert werk op voor 7000 mensen. De chipproductie in de fabriek moet in 2027 beginnen.
Eind vorige week kondigde Intel ook meer plannen in Europese landen aan, waaronder een assemblage- en testfabriek in Polen en een onderzoek- en ontwerphub in Frankrijk.
Luister ook de onze podcast:
<iframe style="width:100%;max-width:660px;overflow:hidden;border-radius:10px" width="300" height="175" frameBorder="0"></iframe>