Analyse: gaat de transitie naar elektrisch rijden inderdaad te langzaam?

©Jeep

Analyse: gaat de transitie naar elektrisch rijden inderdaad te langzaam?
15 oktober om 17:50

De baas van Stellantis (o,a, Peugeot, Opel, Jeep) gaf aan dat de vertraging van EV adaptatie gevaarlijk is voor Europese autobedrijven. Omdat ze zowel moeten blijven ontwikkelen voor brandstofwagens als voor nieuwe elektrische voertuigen. Heeft hij een punt?

De adaptatie van elektrisch rijden verloopt grotendeels voorspelbaar. De early adopters zijn ingestapt, de principiëlen zijn ingestapt, de consumenten en bedrijven die financieel voordeel konden halen aan elektrisch rijden zijn ingestapt. Daarna volgen de moeilijkste groepen: de early majority en de laggards. Mensen die niet voorop hoeven lopen, die vooral met de portemonnee kiezen of die de Telegraaf lezen en daarom denken dat elektrische auto’s constant in de fik vliegen. Net nu die groepen aan de beurt zijn, worden in heel Europa subsidiemaatregelen teruggedraaid. Gevolg: de groei van elektrisch rijden neemt af. Dat wil zeggen: er worden nog steeds volledig elektrische auto’s verkocht, maar het percentage stijgt niet meer spectaculair. Het enige onvoorspelbare in dit hele verhaal zijn de overheden: die blijken niet erg koersvast.

De meeste autofabrikanten waren net ongeveer om en kondigden aan alleen nog elektrisch te gaan ontwikkelen, nadat ze jaren dwars hadden gelegen en gepleit hadden om brandstofwagens meer tijd te geven. Dat lobbyen keert zich nu tegen ze, want het heeft invloed op het gedrag van de early majority en laggards. Wat niet te koop is, hoef je niet te ontwikkelen en nu klaagt Carlos Tavares dus dat hij zijn geld moet gaan verdelen over de ontwikkeling van brandstofwagens en elektrische auto’s. Een snel rekensommetje zegt dat je dan voor beide maar de helft hebt.

China als lachende derde, of eerste?

Ondertussen lachen ze zich in China een bult. Want daar hebben ze geen noemenswaardige industrie in brandstofaangedreven auto’s, maar groeit de EV-industrie als kool. Omdat de overheid daar vol op in zet. Zowel in regelgeving als in subsidiëring. Met als gevolg dat de elektrische auto daar veel sneller de brandstofwagen vervangt dan hier. Een totalitair regime is geen pretje, maar het biedt in dit opzicht wel duidelijkheid voor de consument.

Automerken die blijven roepen dat “de markt nog niet klaar is voor elektrisch rijden”, dragen actief bij aan de weerstand van die markt tegen elektrisch rijden. Zowel doordat wetgeving versoepeld wordt en er langer brandstofwagens verkocht (en dus ontwikkeld) moeten worden. Iedereen die in een recente elektrische auto heeft gereden én in een moderne brandstofwagen weet welke van de twee de uitstervende soort is. Als je als automaker die uitstervende soort zo lang mogelijk in leven wil houden, dan maak je het jezelf ook moeilijk, zo blijkt nu. Vooral de machtige Duitse autolobby zou zichzelf achter de oren moeten krabben en de strategie nog eens moeten heroverwegen voor de langere termijn.

Meer nieuws over elektrisch rijden en mis niets met onze Bright-app.