Na 43 jaar heeft NASA eindelijk weer contact met radiotransmitter Voyager 1
NASA heeft weer contact met de Voyager 1 dankzij een back-up-radiotransmitter. Deze zender was al sinds 1981 niet meer in werking, maar kon 43 jaar later toch 'gewoon' nog worden aangezwengeld.
Er worden in 2024 aardige technische ontwikkelingen doorgevoerd voor op aarde en in de ruimte, maar ook vele decennia geleden maakten we al indrukwekkende technologie, zo blijkt. NASA ontdekte 18 oktober dat er geen communicatie met Voyager 1 meer was. Deze ruimtesonde, die in 1977 werd gelanceerd, was bedoeld om Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus te bestuderen. Nadat die missie in 1989 werd voltooid, heeft het apparaat een uitgebreide missie waarmee het vooral gegevens moet verzamelen. Dat zou het in principe wel moeten redden, maar dit oudje in de ruimte loopt tegen steeds meer problemen aan.
NASA's Voyager 1
De sonde zou bijvoorbeeld geen signalen meer versturen met de X-bandzender, omdat de Voyager 1 zelf besloot om naar lagere S-bandfrequenties te gaan. Dat had ook een doel, namelijk energie besparen. Had Voyager 1 dit niet gedaan, dan was het misschien slechter met de sonde afgelopen. Bovendien is er nu dus goed nieuws: de achtervang is opgetrommeld en geeft antwoord. Het gaat om een oud systeem dat op meer dan 24 miljard kilometer van de aarde beweegt, ver buiten ons zonnestelsel. Nu is het de vraag of de originele frequentieband, de X-band, nog kan worden hersteld. Dat kan volgens NASA nog weken duren.
Ook is het afwachten hoe lang zoiets dan standhoudt: er zijn steeds meer ouderdomskwaaltjes op te merken bij deze sondes (er is ook een Voyager 2). Vooral communicatie is vaker een probleem geweest met deze extreem ‘bereisde’ sondes. Maar er zijn ook successen, recentelijk het activeren van de stuurraketten van Voyager 1.
Meer wetenschap, en mis niets met onze Bright-app.