Waarom er miljoenen in vliegende taxi's wordt gestoken

Waarom er miljoenen in vliegende taxi's wordt gestoken
7 september 2017 om 11:39
Laatste update: 26 april 2018 om 18:12

Er wordt heel veel geld in de vliegende taxi geïnvesteerd. "Al die bedrijven gokken op nieuwe technieken."

Het klinkt te mooi om waar te zijn en dat ís het voorlopig ook: de vliegende taxi waardoor je niet meer in de file hoeft te staan. Maar volgens professor luchtvaarttechniek Joris Melkert van de TU Delft is het toch goed dat er zoveel in geïnvesteerd wordt.

De miljoeneninvesteringen stapelen zich op in de mini-vliegtuigjeswereld. Deze week kreeg het Duitse Lilium 90 miljoen dollar, eerder reserveerde Airbus al 150 miljoen dollar voor Vahana en autofabrikant Daimler stak 25 miljoen euro in de Volocopter. Ook Uber sleutelt aan een eigen vliegende taxi en noemt het zelfs 'het hoogtepunt van stedelijk transport'.

Technisch uitdagingen

"We zien in een hoog tempo gebeuren wat eigenlijk al honderd jaar speelt", zegt TU Delft-professor Joris Melkert, gespecialiseerd in luchtvaarttechniek. "Het ideaal van het ontwikkelen van een klein eigen vliegtuigje. En door dat te combineren met het taxi-idee, een Uber-benadering, is er ook ineens commerciële interesse."

Maar de haalbaarheid van het project wordt daar nog wel eens vergeten. Om te beginnen met de techniek: "Al deze vliegtuigjes vliegen met elektrische aandrijving. Alleen een kilo kerosine kan 60 keer zoveel energie omzetten als een kilo accu. Met de techniek van nu kan je slechts enkele tientallen kilometers vliegen."

Gokken op innovatie

Dat energieverlies bevestigt vliegtuigbouwer Robert Dingemanse, bekend van de vliegtuigauto Pal-V. "Al die bedrijven gokken op nieuwe technieken, maar op dit moment verbeteren de accu's met 3 procent per jaar. Dan ben je zo 10 tot 15 jaar verder."

Daar komt nog een probleem bij, zegt hij: "Wij willen ook wel elektrisch vliegen, maar gecertificeerde elektrische motoren bestaan nog niet." Daarom worden de Pal-V's voorlopig gebouwd met een benzinemotor.


Luchtruimtoestemming

Een nog veel groter probleem ziet Melkert in de praktische uitvoering. "Als ik niet in de file wil staan op de A13, dan kan ik over de file heen vliegen. Maar dan kruis ik op een gegeven moment de vliegbaan van Rotterdam Airport."

Dat gedeelte behoort tot het gecontroleerde luchtruim, waar het veel papierwerk kost om toestemming te krijgen om het ruim te passeren. Zo zijn er tal van zones waar nauwelijks gevlogen mag worden.

"In Nederland zie ik het niet snel gebeuren. In landen die minder dichtbevolkt zijn, is dit geen enkel probleem. Maar daar staat dan weer nooit file."

Verandering in de regelgeving?

Dat is ook een probleem waar Pal-V tegenaan loopt. Dingemanse: "Daarom is ons idee dat je kleine stukken op de weg rijdt en voor grotere afstanden naar een vliegveldje rijdt om daar op te stijgen."

De vliegende auto's van Pal-V worden naar verwachting eind 2018 goedgekeurd. "Die startups spelen in op een mogelijke verandering in de regelgeving. Wij gaan uit van de bestaande en kunnen ons gaandeweg aanpassen."

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu wilde vooralsnog niet reageren op vragen van RTL Z of er veranderingen in de huidige luchtruimregelingen worden voorbereid.

Toch goed voor de industrie

Ondank het gebrek aan realisme bij de startups, blijft Melkert de ontwikkelingen met veel interesse volgen. Het doet hem denken aan de begindagen van de luchtvaart. "Toen deden mensen ook maar wat. En niet geschoten is altijd mis. Uiteindelijk hebben al die kleine ontwikkelingen er wel samen voor geleid dat we nu kunnen vliegen."

Fijn dus, die miljoenen aan investeringen in hippe startups: "Maar snel rijk ga je er niet mee worden."

Lees meer over:

Deel via