Opinie

Commentaar: Nu slaat Zuckerberg de spijker wél op zijn kop

1 april 2019 om 17:39
Laatste update: 1 april 2019 om 18:52

Facebook-ceo Mark Zuckerberg houdt een pleidooi voor meer regelgeving voor de techsector. Hij heeft gelijk: de overheid kan niet snel genoeg ingrijpen bij Facebook, vindt Maarten Reijnders.

Over hoe de nieuwe Europese auteursrechtenrichtlijn in de praktijk zal uitpakken, kun je eindeloos discussiëren. Volgens de voorstanders zullen de nieuwe regels er louter voor zorgen dat techreuzen als Google en Facebook nu eindelijk eens een eerlijke vergoeding moeten betalen aan armlastige muzikanten en andere creatieve geesten wier werk nu schaamteloos en gratis via internet wordt gedeeld.

Volgens tegenstanders betekent de nieuwe wetgeving niets minder dan het einde van het open en vrije internet. Door de uploadfilters die met dank aan de richtlijn straks op allerhande platforms en fora moeten worden geïnstalleerd, wordt het bijvoorbeeld wel heel moeilijk om nog memes te verspreiden, die nu eenmaal vaak bestaan uit auteursrechtelijk beschermde beelden.

De ‘uitvinders’ van internet, Vint Cerf en Tim Berners-Lee, deden daarom op de valreep nog een oproep om de onzalige Europese copyrighthervorming tegen te houden. Het mocht niet baten. Op 26 maart stemden 348 Europarlementariërs voor de auteursrechtenrichtlijn, 274 tegen. Het was bepaald niet de eerste keer dat internetexperts achterbleven met het idee dat politici geen idee hebben hoe internet functioneert.

Excentrieke radiopiraat

Overheidsingrijpen staat vaak haaks op het anarchistische gedachtegoed dat zo populair is onder hackers en in Silicon Valley.

Op een hackersconferentie woonde ik ooit een presentatie bij over Sealand, een voormalige marineplatform in de Noordzee waar een excentrieke Engelse radiopiraat eind jaren zestig zijn eigen staat uitriep. De spreker zag het onafhankelijke vorstendom, dat overigens door geen enkel land wordt erkend, als de ideale thuishaven voor allerhande internetdiensten die zich in de micronatie aan geen enkele regel zouden hoeven houden.

Ook de libertariër Peter Thiel, die zijn fortuin maakte met PayPal en toen nog veel rijker werd door als eerste grote investeerder in Facebook te stappen, steekt een deel van zijn rijkdom in de ontwikkeling van regelvrije gemeenschappen in de internationale wateren.

Onwaarschijnlijk gefaald

Gelet op dit wantrouwen jegens overheden, moest ik wel even met mijn ogen knipperen toen ik dit weekend in de Washington Post een pleidooi las van Mark Zuckerberg voor méér overheidsingrijpen in de techsector. “We moeten een debat voeren over wat we willen als maatschappij en hoe regelgeving daarbij kan helpen”, aldus de Facebook-ceo.

Wie de afgelopen jaren zijn oren te luisteren legt bij ‘de maatschappij’ zou zomaar het idee kunnen krijgen dat veel mensen het wel fijn zouden vinden als grote multinationals als Facebook eens wat meer belasting gaan betalen, zodat de rest wat minder hoeft te betalen of gewoon wat betere publieke diensten krijgt, maar dat bleek niet te zijn wat Zuckerberg in gedachten heeft.

De Facebook-oprichter ziet een rol voor de overheid op vier terreinen: bij het bestrijden van gevaarlijke content, het waarborgen van eerlijke verkiezingen, de bescherming van de privacy en 'dataportabiliteit': de mogelijkheid om je gegevens van bijvoorbeeld het ene sociale netwerk mee te nemen naar het andere. Zeg maar alles waarbij Facebook onwaarschijnlijk heeft gefaald.

Het meest gedeelde bericht van 2019

Het is nog maar een jaar geleden dat Zuckerberg beloofde om de newsfeed – de pagina die bezoekers van Facebook krijgen voorgeschoteld als ze de site bezoeken – op de schop te nemen. Dat deed hij nadat er een storm van kritiek was opgestoken over het nepnieuws, de misinformatie en de haatdragende berichten die al dan niet door Russische trollen via zijn sociale netwerk worden verspreid. In plaats daarvan wilde Zuckerberg voortaan 'betekenisvolle interacties'. Terug naar de oude, vrome missie van Facebook: mensen bij elkaar brengen.

Een dag voor Zuckerberg dit weekend zijn pamflet vol nieuwe goede voornemens in de Washington Post publiceerde, bleek hoe de nieuwe newsfeed in de praktijk uitpakt. Het webtijdschrift Slate onthulde dat het meest gedeelde bericht van 2019 tot nu toe een verhaal is over een van mensenhandel verdachte kinderverkrachter met donkere huidskleur die op de vlucht was geslagen voor de politie. De man zou zich 'in onze buurt' bevinden.

De meeste Facebook-gebruikers wonen vanzelfsprekend niet in de buurt van waar de man rondliep en kregen het bericht pas onder ogen toen hij al lang en breed was ingerekend. So much for 'mensen bij elkaar brengen met betekenisvolle interacties'.

Zuckerberg heeft gelijk: de overheid kan niet snel genoeg ingrijpen bij Facebook.