Vakantietest '95 vs '15: Donald Duck vs. Nintendo 3DS (7)
Rutger vergelijkt in de maand juli de vakantie van 1995 met die van 2015. Vandaag: Nintendo 3DS vs Donald Duck vakantieboek.
In 1995 was de originele Gameboy al 6 jaar op de markt. Wij waren alleen niet het type mensen die geld uitgaven aan zoiets triviaals als een Gameboy. Thuis werd er op de Atari 1040ST gegamed. Onderweg was het meest geavanceerde spelsysteem dat we hadden het nummerbordenspel. Het grootste gedeelte van de reis zaten we met de kop onder de hoofdtelefoons of lazen wat. De kaart bijvoorbeeld of de campinggids. Het idee dat je enigszins interessante games zou kunnen spelen of films zou kunnen kijken op de achterbank vanaf een in je hand vast te houden apparaat leek nog eindeloos ver weg (en dat was het ook).
Het is werkelijk een wonder dat automakers nog niet enthousiaster in de markt voor in car entertainment gesprongen zijn. In de meeste gevallen is een non-HD DVD-schermpje een optie, maar usb-poorten om te laden, een iPad-houder, je komt het niet tegen in de optielijst. Vervolgens moet je naar Vogels of de Action om iets aan de hoofdsteun te kunnen monteren. Laden moet met verloopjes vanaf een sigarettenaansteker omdat je zelden meer dan 1 poort hebt in de achterconsole.
Wij zijn nu op pad met een Nintendo 3DS als in-car entertainment. We hebben Pokemon mee en Mario Kart 7. Pokemon bleek direct al een dikke vette misser, want het spel is volledig in het Engels en wij zijn blij dat junior na een jaartje groep 3 goed Nederlands kan lezen. Engels is nog een brug te ver. Feitelijk hebben we dus Mario Kart 7 mee. Het voordeel daarvan is dat het na een tijdje verveelt en we niet bij aankomst in Frankrijk een klein zombietje uit de auto trekken met vierkante oogjes. Een half uurtje rondjes rijden op de fantasievolle circuits uit Mario kart breekt de rit gelukkig wel. 1000 kilometer rijden is voor een jongetje van 7 zoiets als 14 uur vliegen in economy class voor mij is. Ik wil dan ook eindeloos naar de wc lopen om maar iets te doen te hebben. Uiteindelijk ga ik zelfs de veiligheidsinstructies lezen.
Out-of-car entertainment
Als er één hele goede reden is om met de auto op vakantie te gaan is het dat je de reis echt meemaakt. In een vliegtuig begin je op een anonieme luchthaven, zit je een tijd in een bus met vleugels waaruit je niets kunt zien en vervolgens land je op een anonieme luchthaven. Alsof je heel erg langzaam geteleport bent. Het mag dan doodsaai zijn om eerst Nederland uit te moeten, dan in België alleen de afwijkende verkeersborden waar te nemen en pas een flink stuk Frankrijk in het landschap te zien veranderen: het geeft wel het gevoel van wat die afstand betekent. Wat die afstand echt is. Het gevoel ook dat je verdiend hebt op deze plaats te zijn omdat je er zelf helemaal heen gereden bent.
Wat dat betreft ben ik blij dat we in onze V70 nog geen 10.1 surround cinema hebben met alle Disney classics voor de kinderen. De jongste kijkt uit het raam en het zonnedak tot hij in slaap valt. De oudste kan zich af en toe even uit het monotone Franse landschap redden door een rondje op een circuit waar koeien op lopen. Net als wij vroeger verdwenen in de wereld van een eend die geen broek maar wel een jas aan had. Zoveel is er niet veranderd.
Lees ook:
Vakantietest '95 vs '15: proloog
Climate control vs 5 standen buitenlucht (1)
Handycam vs iPhone (2)
Heupgordels vs. kinderzitjes (3)
Moeders met de kaart vs. TomTom (4)
Het boek vs. het e-book (5)
Internet vs. de campinggids (6)